Zwerfvuil
Joop Hekkelman.

Zwerfvuil

Let op: de onderstaande tekst is een column, geen (nieuws)artikel.

Zwerfvuil vormt een grote belasting voor het milieu. Daarover is iedereen het wel eens. Statiegeld op plastic flessen en blik is een onderwerp dat de laatste tijd het nieuws haalde. Teleurstellend is het gebrek aan daadkracht bij partijen die in deze discussie aan zet zijn. Een probleem dat wordt vooruitgeschoven. Omwille waarvan eigenlijk?

Behalve de grote discussie over de gevolgen voor onze leefomgeving is er ook de ergernis over achteloos weggeworpen rotzooi. In een wijde omgeving van de fastfoodketen met de grote gele M kun je dagelijks het consumptiegedrag van hun klanten volgen. Kilometers ver vind je de restanten die niet te nuttigen zijn in de berm van de weg. In winkelstraten blijf je kleven aan uitgekauwde plakken kauwgom. Na vijf minuten uitgebraakt omdat de smaak is verdwenen. Hoopjes sigarettenpeuken verraden het rookgedrag van lieden die binnen zijn weggejaagd. We gooien de rommel van ons af en staan geen moment stil bij de overlast en ergernis die wordt veroorzaakt. Hondenpoep is jaren weggegeweest, maar langzaamaan weer terug in het straatbeeld.   

"Er staat inderdaad veel geschreven over gescheiden afvalverwerking enzovoort. Geldkwestie! "

Het ‘wegwerp’ probleem heeft te maken met onverschilligheid en gebrek aan betrokkenheid. De discussie over statiegeld voor plastic flessen en blik wordt op boven gemeentelijk niveau gevoerd. Ik heb de indruk dat de lokale afdelingen van de landelijke partijen en de lokale partijen dat helemaal prima vinden. In verkiezingsprogramma’s voor de aanstaande gemeenteraad heb ik namelijk op de de term ‘zwerfvuil’ niets kunnen vinden en ook niet over ‘hondenpoep’. Niet in Zutphen en niet in Lochem. 

Voordat iemand begint te ontkennen of te piepen: er staat inderdaad veel geschreven over gescheiden afvalverwerking enzovoort. Geldkwestie! Niet over een mentaliteitsverandering die schone straten oplevert. Bijna elke partij heeft het over ‘duurzaam en aantrekkelijk zijn’, voor het aantrekken van ondernemers en toeristen bijvoorbeeld. Begint aantrekkelijkheid niet met burgers die zorgplicht voelen voor hun omgeving?

Het kind van drie dat uit zichzelf stukjes papier of plastic opraapt en in de afvalbak deponeert vinden we aandoenlijk. Een oude vrouw die wekelijks haar straat schoonhoudt, van afval dat een ander zonder nadenken laat vallen, bestempelen we als ‘een biezunderen’. Beiden houden ons een spiegel voor. Wat gaat er mis bij de generaties die ertussen zitten?

Reageren? Mail de redactie via [email protected].
Op deze publicatie rust copyright.