REGIO - Hoewel de meeste mensen niet zitten te wachten op enorme plensbuien, hopen ze bij het Waterschap Rijn en IJssel er wel op. De waterstanden van het grond- en oppervlaktewater herstellen maar moeizaam na de extreem droge zomer. Als het de komende maanden niet 'heel veel' gaat regenen, blijven de problemen doorgaan tot in het voorjaar van 2019.

Op sommige plekken is er wel 500 tot 700 milimeter neerslag nodig, blijkt uit berekeningen van het waterschap. Ter vergelijking: gemiddeld valt er 790 milimeter regen pér jaar in Nederland. De gevolgen zullen in het voorjaar merkmaar zijn, stelt Waterschap Rijn en IJssel. "We verwachten dat de grond- en oppervlaktewaterstanden in ons hele gebied zich onvoldoende zullen herstellen. Dat betekent dat we komend voorjaar al beginnen met een achterstand", legt dijkgraaf Hein Pieper uit.

'Schijn bedriegt'

Wie denkt dat het wel meevalt, omdat het gras weer groener begint te worden, heeft het mis. Aan de oppervlakte is namelijk nog wel wat water beschikbaar. Sinds dat de extreem hete zomer voorbij is zijn de waterstanden alleen nog maar verder gezakt. Los van een paar regenbuien hebben we nog niet échte plensbuiten gehad. De droogte is er dus nog steeds, en dat is geen goed teken. "We hebben de afgelopen zomer gezien wat voor gevolgen dat heeft voor onder andere de natuur, landbouw, scheepvaart en recreatie."

De maatregelen die het waterschap afgelopen zomer heeft ingevoerd zijn nog steeds van kracht. Zo geldt er nog steeds een onttrekkingsverbod voor beregening uit beken, rivieren en sloten (oppervlaktewater) in heel het werkgebied en een onttrekkingsverbod voor beregening uit grondwater in drie specifieke kwetsbare natuurgebieden. Ook wordt er nog steeds op een aantal plekken extra water ingelaten vanuit het Twentekanaal om het water op peil te houden voor bijvoorbeeld het stedelijk gebied van Zutphen en Lochem.